Uitzicht kasteel

Het domein kende door de eeuwen heen verschillende eigenaars, die elk hun stempel drukten op het kasteel, het domein en de omgeving. Erard de Cotereau en Emile de Turck de Kersbeek maakten het kasteel tot wat het nu is.

In 1100 stond er op deze plaats een versterkte hoeve. In 1561 verbouwde Erard de Cotereau deze hoeve tot adellijk kasteel. Dit zie je op de ets uit 1678. Het is deze ets die Emile de Turck de Kersbeek gebruikte om het kasteel te renoveren in 1897.

De kleine ronde toren werd gebouwd, alsook de gang vanaf die toren tot aan het uiteinde van de kleine vierkante toren. De slotgrachten kregen hun huidige vorm. De ophaalbrug vooraan aan het kasteel werd weggehaald en de slotkapel werd gevormd. Om de verschillende baksteensoorten te verbergen en in de geest van de tijd, werd het kasteel bepleisterd en verloor het tot dan zijn oorspronkelijke rode kleur. Er werden elementen in renaissancestijl aangebracht waaronder zuilen op de veranda, trapgevels aan de daken en tralies voor de vensters.

Boven het overdekt terras werden muurankers aangebracht in de vorm van het jaartal 1561, wanneer Erard de Cotereau de hoeve ten Driesche verbouwde tot een adellijk kasteel.

Het kasteel werd in de 16de eeuw gebouwd in renaissancestijl. Enkel het rondboogfries in de grote toren is een uitzondering. Dit is een typisch romaans motief, dat later door baron de Turck de Kersbeek werd toegevoegd toen hij de grote toren liet verhogen en een ander dak plaatste.

Op de grote toren zie je twee windhanen. Dit zijn het wapen van baron de Turck de Kersbeek en zijn echtgenote barones de Brouchoven de Bergeyck.

Loop gerust even over het gras om een beter uitzicht te krijgen.