Geschiedenis

Betekenis van de naam Malle
Over de herkomst van het woord Malle raken taalkundigen het niet eens. Sommigen beweren dat het uitgestrekte vlakte, grens of halte betekent. De meest gangbare betekenis wordt echter afgeleid uit de Latijnse naam Mallum, wat maalberg betekent en de plaats is waar de Franken hun rechtspraak en vergaderingen hielden.

Oorsprong
Als we aannemen wat Wendelinus in zijn beschouwingen over de Maalbergse Glossen schreef, dan is Malle van Frankische oorsprong en dus zeer oud. Vele feiten wijzen trouwens in die richting: de naam zelf, de aanwezigheid van de Meiers vóór 1100 en het oud-Frankische recht (de huwelijkstaks en het driedelige tiendenstelsel). 

Het primitieve Malle
In de elfde eeuw werden het oostelijke en het westelijke deel van Malle gescheiden, omdat het eerstgenoemde deel, bij de verdeling van het graafschap Strijen, naar de heerlijkheid van Breda ging. Het westelijke deel, waar ook Zoersel bij hoorde, bleef afhankelijk van de hertogen van Brabant.

In de twaalfde eeuw, bij de opkomst van de gemeenten, vormden zich hier en daar kleine woonkernen. De bewoners ervan, vrijgekomen lijfeigenen, konden daar hun bestaan opbouwen dank zij de door de hertogen begonnen landbouwuitbating. Waarschijnlijk hield die uitbating gelijke tred in de beide gedeelten, oost en west.

Een dergelijke uitbating vergde de aanwezigheid van Meiers, dat zijn zaakvoerders van de hertog of van zijn leenmannen. Van plaatselijke heren is slechts sprake vanaf de 13de eeuw. Zo werd de abt van de abdij van Villers Heer van Westmalle in 1233. Rond 1300 kwam er waarschijnlijk een plaatselijke heer in Oostmalle.

Beide gebieden kenden zelfs een dubbele heerlijkheid. In 1505 leende de toenmalige Meier van Westmalle de heerlijkheid van Filips de Schone, zodat Westmalle twee heren diende, die het vrij goed met elkaar stelden, namelijk de Abt van Sint-Bernards (als grondheer) en de Meier zelf (als overheer). Na Hendrik en Peter van der Moelen ging de Westmalse heerlijkheid over op de familie de Cotereau – Dammartin.

Omstreeks 1300 werd ook Oostmalle in twee heerlijkheden verdeeld: die van Jan van Hesselbeke en die van Jacobus van Dworp. In 1602 kwamen beiden heerlijkheden in het bezit van Fredrik van Renesse. Het gebied bleef aan deze familie toebehoren tot in 1830.

Parochies
Hoewel Oost- en Westmalle nu één gemeente zijn met drie verschillende parochies, was Malle in de begintijd van onze geschiedenis één parochie met verschillende administraties. De parochie Malle bestond reeds vóór 1194. In dat jaar schonk de bisschop van Kamrijk het altaar aan de kannuniken van Antwerpen, opdat zij er een priester zouden aanstellen. Oostmalle werd waarschijnlijk in de veertiende eeuw een zelfstandige parochie. In 1329 gaf de bisschop van Kamerijk de toelating aan de abdij van Averbode om voor een pastoor te zorgen.

De gebedsplaats toegewijd aan Sint-Martinus zou oorspronkelijk gestaan hebben waar zich nu de Sint-Martinuskapel bevindt (aan de Antwerpsesteenweg, waar de Zoerselbaan begint). Later werd de vroegere slotkapel van het kasteel van Westmalle vergroot en aangeworven als parochiekerk. Ook in Oostmalle was de Sint-Laurentiuskerk een oude slotkapel, die voordien aan Sint-Niklaas was toegewijd.

De naam van Sint-Laurentius zou afkomstig zijn van een kapel die zich in de buurt van het Sint-Laureyskerkhof bevond, een 500-tal meter ten noorden van de huidige kerk.

Tornado
Op 25 juni 1967 kreeg Oostmalle een zware klap te verduren. Het centrum werd toen immers getroffen door een allesvernietigende tornado, die een groot gedeelte van het dorp in puin herschiep. De dorpskern en 135 woningen werden totaal vernield. De tornado rukte de toren van de Sint-Laurentiuskerk af. Daarna stortte het kerkschip in. Als bij wonder vielen er gelukkig geen dodelijke slachtoffers te betreuren. Op vele plaatsen in het dorp zijn de littekens van deze natuurramp nog steeds merkbaar. In 1980 werd de verwoeste Sint-Laurentiustoren, ondertussen door iedereen Tornadotoren genoemd, hersteld en ingehuldigd als monument.

Fusie Oost- en Westmalle
Op 1 januari 1977 deed zich een historisch feit voor. Oostmalle werd herenigd met Westmalle en de nieuwe fusiegemeente kreeg de naam Westmalle. Twee jaar later, namelijk op 30 juli 1979, wijzigde deze naam bij Koninklijk Besluit in Malle.